Begin november 2019 werd de begroting 2020-2023 vastgesteld. Dit was een structureel sluitende begroting. Hiervoor was het wel nodig een beroep te doen op de generieke weerstandsreserve. De provincie stelde voor deze begroting het repressief toezicht regime in. Wel met de kanttekening dat de begroting mede sluitend was doordat de gemeente gebruik maakt van de mogelijkheid om voor de jaren 2022 en 2023 een stelpost “Uitkomst onderzoek jeugdzorg” op te nemen. De stelpost is opgenomen in het structurele beeld van de gemeente. Het opnemen van de stelpost brengt een risico met zich mee omdat de extra middelen niet structureel zijn opgenomen in het gemeentefonds.

Op basis van de 3e kwartaalrapportage 2019 (raadsbesluit eind november 2019) werd de begroting 2019-2023 aangepast. Met name de voordelige uitkomst van de septembercirculaire 2019 Algemene uitkering zorgde voor een voordelige uitkomst. De uitkomst na 3e kwartaalrapportage 2019 was:

bedragen x €1.000 (-/- = Nadeel)

Omschrijving

2020

2021

2022

2023

2024

Saldo

2.207

1.988

2.027

1.777

1.777

In de 3e kwartaalrapportage 2019 is aan de raad over de uitkomsten het volgende gemeld:
"De nadelige uitkomst van €122.000 in 2019 na de 3e kwartaalrapportage wordt gestald en betrokken bij de opstelling van de jaarrekening 2019.
In de 3e kwartaalrapportage en de begroting 2020 worden diverse risico’s gemeld zoals met betrekking tot de onderwerpen: grondexploitaties Sluiskwartier en bedrijvenpark A-1, dividend HGB, geluidswal A-1, inkomsten bouwleges en bijdragen in de Algemene uitkering voor jeugd.
Bij de Jaarrekening 2019 en/of de Voorjaarsnota 2020 zal er meer bekend zijn over deze risico’s. Dit betekent dan ook dat net als de ingezette lijn bij de begroting 2020 deze voordelen voorlopig niet worden aangewend en betrokken worden bij het opstellen van de Voorjaarsnota 2020" .